
Pap, komt er hier oorlog? Vroeg mijn dochter.
Waarom denk je dat? Vroeg ik.
Nou ja, Poetin wil ons toch aanvallen?
Dat zal wel meevallen hoor, maar we moeten wel opletten. Antwoorde ik.
En, we mogen van sommige mensen toch niet christelijk zijn?
Deze vraag hakte er bij mij enorm in. Heel hard. Want de eerste gedachte bij mij was: hoe bescherm ik mijn gezin.
Het is de bittere realiteit die ook door kinderen begrepen en gezien wordt. De innerlijke angst was voelbaar bij dit kleine meisje. Mijn antwoord aan haar hou ik voor onszelf.
Ik betrapte mezelf op een enorme onderhuidse woedeaanval omdat de veroorzakers ervan zich zelf de slachtofferrol weten aan te meten. Ongestoord op Jodenjacht mogen, ongestoord vernielingen mogen aanrichten, ongestoord toeterend door de straten rijden, ongestoord intimideren, ongestoord op alle zenders en aan alle talkshowtafels mogen janken over: islamofobie. De gespeelde angst veroorzaakt als reactie op hun eigen ideologie is zo ironisch dat die brutaliteit niet te bevatten is.
En eerlijk is eerlijk, ze maken handig gebruik van de aversie bij de media en het journaille tegen “extreemrechts”, waarbij het kwijl uit medelijden langs beide mondhoeken druipt bij het aanhoren van deze ongekende kletspraat met dubbele bodem. Zelf weten ze de gruwelijkheden die begaan worden door geloofsgenoten heel behendig bij het ICC weg te houden. En de daden hier te downplayen tot nietszeggende proporties, en die vervolgens behendig op de emotie om te draaien en zo weer in de begeerde slachtofferrol te mogen kruipen. Zonder het werkelijke doel uit het oog te verliezen: De samenleving laten assimileren aan hun gedachtengoed.
En de samenleving? Geef ze zwarte Piet terug en ze zijn weer even tevreden.
Toen kreeg ik een filmpje onder ogen van een vrouw die volledig uit haar boerka vloog in een winkelcentrum in Turkije, om een kerstboompje. En weet u? Ik hou mijn hart vast voor de komende weken, ik vrees dat de angst van mijn dochtertje langzaamaan bewaarheid gaat worden. Maar het woord Christenfobie zal niet vallen, dan is het weer in verbinding komen tijdens een kopje thee. Maar hoe kun je praten met mensen die je met droge ogen kunnen bedriegen? De onbetrouwbaarheid is in ieders onderbuik te voelen. Dat is niet de “schuld” van de onderbuik. Het is een soort religieborderline waar ik geen fiducie in heb dat dit in te passen is in onze maatschappij. Frans Timmermans kan wel roepen: … Islam is onderdeel van Nederland…., maar als zij denken: … Nederland is onderdeel van de Islam…
Gebruiken ze dezelfde woorden in een andere context. En dat telkens weten om te draaien is een kunst.
Moet de Islam weg? Nee, want mijn naastenliefde is groter dan de haat van deze mensen. Ik veracht de mensen niet, maar de hatelijke ideologie die mij geen bestaansrecht wenst te geven om wie ik wil zijn. En vrees enkel dat praten op den duur zinloos is, het is eenrichtingsverkeer wat gedachten betreft.
Ze noemen me maar extreemrechts. Nazi. Fascist. Racist. En wat de hele koffer met scheldwoorden nog meer als inhoud heeft. Ik, eerder als een kiezer uit het politieke midden zie Nederland afglijden. Stukje bij beetje. En de angst voor het eerlijk uitspreken van je mening regeert.
Hoe bescherm ik mijn gezin? Ik weet het oprecht niet, en die vraag blijft hangen, de overheid is ook onbetrouwbaar gebleken. Dat heeft ook vorig jaar November in het stemhokje mijn stem beïnvloed, en zal dat bij de komende verkiezingen weer doen.
Alle hoogopgeleide kuddedieren, scheldkanonnen in kranten en op sociale media hou ik graag de quote van Winston Churchill voor:
“sommige mannen veranderen van partij omwille van hun principes; anderen veranderen hun principes in het belang van hun partij.”
Daar kan een kopje thee niks aan veranderen.
Bert Schouwstra